Metalen
>> Koudgewalst verzinkt elektrolytisch (zincor)
Koudgewalst verzinkt e..
Soorten, kwaliteiten, eigenschappen
Bij elektolytisch verzinkt staal (zincor) wordt meestal uitgegaan van de koudgewalste vervormingstalen DC01, DC03 – DC06. Deze stalen worden eerst voorzien van een schoon oppervlak en vervolgens galvanisch bedekt met zink. Bij deze bewerking veranderen de mechanische eigenschappen in principe niet, maar de mechanische eisen voor de drie best vervormbare kwaliteiten elo-verzinkt staal blijken fractioneel af te wijken van de blanke staalsoorten.
In de norm (EN 10152) blijken weliswaar 4 zinklaagdikten (2,5-5-7,5-10micron) genormaliseerd te zijn, maar in de praktijk blijkt alleen de laagdikte 2,5micron algemeen verkrijgbaar.
Deze laagdikte geeft eigenlijk slechts een minimale corrosiebescherming. In het verleden heerste de mening dat deze laagdikte slechts voldoende corrosiebescherming leverde in de huiskamer en dat deze voor bijv. badkamer en berging al onvoldoende was. In de praktijk is duidelijk geworden dat de corrosiebescherming met deze laagdikte toch enigszins beter uitvalt. In vergelijking met thermisch verzinkt (senzimir) is elo-verzinkt duidelijk minder corrosiebestendig maar hebben vergelijkbare kwaliteiten wel betere vervormingseigenschappen.
In de huidige normalisatie bestaat naast de staalaanduiding (bijgv. DC04 GZE 25/25) ook nog een getalaanduiding (Werkstoffnr.). Bij electrolytische bedekte staalsoorten dient het gebruik van deze “Werkstoffnrs” afgeraden te worden, omdat electrolytisch bedekte staalsoorten dezelfde “Werkstofnrs” hebben dan het blanke staal. Bestellen op alleen “Werkstoffnr.” kan dus leiden tot levering van alleen blank staal, terwijl elo-bedekt verwacht wordt. Thermisch bedekte staalsoorten hebben wel een specifiek “Werkstoffnr” maar elektrolytische bedekte staalsoorten niet.
Naast het galvanisch verzinken is het natuurlijk ook mogelijk om andere metaalbedekkingen op staal te realiseren:
In de norm (EN 10152) blijken weliswaar 4 zinklaagdikten (2,5-5-7,5-10micron) genormaliseerd te zijn, maar in de praktijk blijkt alleen de laagdikte 2,5micron algemeen verkrijgbaar.
Deze laagdikte geeft eigenlijk slechts een minimale corrosiebescherming. In het verleden heerste de mening dat deze laagdikte slechts voldoende corrosiebescherming leverde in de huiskamer en dat deze voor bijv. badkamer en berging al onvoldoende was. In de praktijk is duidelijk geworden dat de corrosiebescherming met deze laagdikte toch enigszins beter uitvalt. In vergelijking met thermisch verzinkt (senzimir) is elo-verzinkt duidelijk minder corrosiebestendig maar hebben vergelijkbare kwaliteiten wel betere vervormingseigenschappen.
In de huidige normalisatie bestaat naast de staalaanduiding (bijgv. DC04 GZE 25/25) ook nog een getalaanduiding (Werkstoffnr.). Bij electrolytische bedekte staalsoorten dient het gebruik van deze “Werkstoffnrs” afgeraden te worden, omdat electrolytisch bedekte staalsoorten dezelfde “Werkstofnrs” hebben dan het blanke staal. Bestellen op alleen “Werkstoffnr.” kan dus leiden tot levering van alleen blank staal, terwijl elo-bedekt verwacht wordt. Thermisch bedekte staalsoorten hebben wel een specifiek “Werkstoffnr” maar elektrolytische bedekte staalsoorten niet.
Naast het galvanisch verzinken is het natuurlijk ook mogelijk om andere metaalbedekkingen op staal te realiseren:
Electrolytisch verchroomd staal (EN 10202)
Electrolytisch vertind staal (EN 10203)
Electrolytisch zinknikkel (EN 10271)
Er zijn echter nog andere galvanische bedekkingen bekend, die niet genormaliseerd zijn zoals: verkoperd staal, vermessingd staal, vernikkeld staal etc.
Mechanische eigenschappen electrolytisch verzinkt staal
Bij elektolytisch verzinkt staal (zincor) wordt meestal uitgegaan van de koudgewalste vervormingstalen DC01, DC03 – DC06. Deze stalen worden eerst voorzien van een schoon oppervlak en vervolgens galvanisch bedekt met zink. Bij deze bewerking veranderen de mechanische eigenschappen in principe niet, maar de mechanische eisen voor de drie best vervormbare kwaliteiten elo-verzinkt staal blijken fractioneel af te wijken van de blanke staalsoorten.
In de norm (EN 10152) blijken weliswaar 4 zinklaagdikten (2,5-5-7,5-10micron) genormaliseerd te zijn, maar in de praktijk blijkt alleen de laagdikte 2,5micron algemeen verkrijgbaar.
Deze laagdikte geeft eigenlijk slechts een minimale corrosiebescherming. In het verleden heerste de mening dat deze laagdikte slechts voldoende corrosiebescherming leverde in de huiskamer en dat deze voor bijv. badkamer en berging al onvoldoende was. In de praktijk is duidelijk geworden dat de corrosiebescherming met deze laagdikte toch enigszins beter uitvalt. In vergelijking met thermisch verzinkt (senzimir) is elo-verzinkt duidelijk minder corrosiebestendig maar hebben vergelijkbare kwaliteiten wel betere vervormingseigenschappen.
In de huidige normalisatie bestaat naast de staalaanduiding (bijgv. DC04 GZE 25/25) ook nog een getalaanduiding (Werkstoffnr.). Bij electrolytische bedekte staalsoorten dient het gebruik van deze “Werkstoffnrs” afgeraden te worden, omdat electrolytisch bedekte staalsoorten dezelfde “Werkstofnrs” hebben dan het blanke staal. Bestellen op alleen “Werkstoffnr.” kan dus leiden tot levering van alleen blank staal, terwijl elo-bedekt verwacht wordt. Thermisch bedekte staalsoorten hebben wel een specifiek “Werkstoffnr” maar elektrolytische bedekte staalsoorten niet.
Naast het galvanisch verzinken is het natuurlijk ook mogelijk om andere metaalbedekkingen op staal te realiseren:
Electrolytisch verchroomd staal (EN 10202)
Electrolytisch vertind staal (EN 10203)
Electrolytisch zinknikkel (EN 10271)
Er zijn echter nog andere galvanische bedekkingen bekend, die niet genormaliseerd zijn zoals: verkoperd staal, vermessingd staal, vernikkeld staal etc.
Mechanische eigenschappen electrolytisch verzinkt staal
EN 10152
|
Rp0.2
|
Rm
|
A80
|
r90
|
n90
|
|
|
Re
|
Re
|
|
|
|
|
|
N/mm2
|
N/mm2
|
%
|
|
|
|
aanduiding
|
max.
|
min.
|
min.
|
min.
|
||
DC01+ZE
|
280
|
270-410
|
28
|
|
|
|
DC03+ZE
|
240
|
270-370
|
34
|
1,3
|
|
|
DC04+ZE
|
220
|
270-350
|
38
|
1,6
|
0,16
|
|
DC05+ZE
|
190
|
270-330
|
40
|
1,9
|
0,19
|
|
|
|
|
|
rgemidd
|
ngemidd
|
|
DC06+ZE
|
190
|
270-350
|
37
|
1,8
|
0,20
|
Inhoudsopgave: EN 10152 Electrolytisch verzinkt staal
Inhoudsopgave | ||||
EN 10152 Electrolytisch verzinkt staal | ||||
blz. | ||||
1 | Onderwerp en toepassingsgebied | 5 | ||
2 | Normatieve verwijzingen | 5 | ||
3 | Definities | 6 | ||
4 | Aanduiding | 6 | ||
5 | Eisen | |||
5.1 | Staalbereiding en vervaarding van het produkt | 6 | ||
5.2 | Desoxidatiemethode | 6 | ||
5.3 | Chemische samenstelling | 6 | ||
5.4 | Leveringsvoorwaarde | 6 | ||
5.5 | Keuze van eigenschappen | 6 | ||
5.6 | Mechanische eigenschappen | 6 | ||
5.7 | Oppervlakte-eigenschappen | 6 | ||
5.8 | Vloeilijnen | 8 | ||
5.9 | Deklagen | 8 | ||
5.10 | Hechting van de deklaag | 8 | ||
5.11 | Oppervlaktegesteldheid | 8 | ||
5.12 | Oppervlaktebehandeling (oppervlaktebescherming) | 8 | ||
5.13 | Verwerkbaarheid | 9 | ||
5.14 | Massa, toleranties op afmetingen en vorm | 9 | ||
6 | Keuring en beproeving | 9 | ||
6.1 | Algemeen | 9 | ||
6.2 | Keuringseenheden | 9 | ||
6.3 | Aantal beproevingen | 9 | ||
6.4 | Monsterneming | 9 | ||
6.5 | Te gebruiken beproevingsmethoden | 10 | ||
6.6 | Herbeproevingen | 10 | ||
6.7 | Keuringsdocumenten | |||
7 | Merken | 10 | ||
8 | Verpakking | 10 | ||
9 | Opslag en transport | 10 | ||
10 | Door de koper verstrekken gegevens bij de bestelling | 10 | ||
Bijlage A | (normatief) | Werkwijze ter bepaling van de plastische-anisotropiecoëfficiënt r | 11 | |
Bijlage B | (normatief) | Werkwijze ter bepaling van de verstevigingsexponent n | 13 | |
Bijlage C | (informatief) | Referentiemethode voor de bepaling van de massa | 15 | |
van de deklaag van zink |